Eric Berkhof: "Ik had enorm veel passie en ambitie … maar ik was een slechte ruiter”

Reportage
05 apr 2021
Door Horseman Kristof

In samenwerking met Puissance brengt Horseman elke week een reportage die je in de vorige editie van Puissance kon lezen. Vandaag blikken we terug op het interview met Eric Berkhof.

Een zaterdag eind november. Negen uur in de ochtend. Kille wind. Meeuwen aan een grijze horizon. Dinteloord (NL) wordt wakker. De paarden op de Margarethahoeve, de springstal van Eric Berkhof zijn dat al lang. Iedereen aan het werk, alles loopt gesmeerd. In de binnenpiste trainen ruiters en amazones hun toppers en toekomstige toppers. Veulens en jaarlingen kauwen rustig het beste polderhooi en genieten van ruimte en licht in de 5* opfokstal. Hier heerst bedrijvigheid in een sfeer van rust. Zaterdagochtend, van negen tot elf, komt de CEO van de Van Mossel Automotive-group, Eric Berkhof, hier tot rust. Tussen ruiters, paardenmensen en paarden. In een op zijn minst gezegd ‘indrukwekkend’ kader. Buiten is het koud. De koffie is warm. De ontvangst en het gesprek met deze warme en inspirerende man evenzeer.

1982

“Mensen uit de paardensport associëren me heel vaak met het merk Audi. Maar De Van Mossel Automotive Group is ondertussen verdeler van 31 merken. Volkswagen/Audi was mijn basis. Daar ben ik in 1982 begonnen als stagiair. In 1984 verkoper en in 1988 heb ik het bedrijf overgenomen. We zijn actief in Nederland, België, Luxemburg, Duitsland en Frankrijk.”

Eindgebruiker

“Mijn vader had twee hobby’s. Auto’s en paarden … Wij waren twee handen op één buik. Het kon bijna niet anders dan dat ik dezelfde weg op ging, maar het is niet zo dat ik mijn vader gekopieerd heb. Hij deed zowel de auto-business als de paarden-business op een andere manier dan ik. Ik hou erg van eindklanten. Ik wil graag weten waar de auto’s naar toe gaan. Wie worden de gebruikers? Hetzelfde gevoel heb ik bij de paarden. Wie gaat er met de paarden rijden die hier verkocht worden? Mijn vader, die had dat niet. Dat was echt een handelaar. Hij kocht ’s morgens vijftig auto’s op tussen acht en tien. Die werden ’s middags tussen vier en zes verkocht. Allemaal groothandel. Dat heeft hij overigens fantastisch gedaan. Maar het is niet mijn ding. Wij verkopen ook wel elke dag auto’s aan handelaars. Ook auto’s met veel kilometers op de teller en schadegevallen. Maar zeventig procent van mijn omzet gaat wel naar de eindgebruiker.”

Talent

“Paarden zijn er altijd geweest thuis. Vanaf mijn vier jaar heb ik er levendige herinneringen aan. Ik was een zeer slechte ruiter vroeger. Ik had geweldige passie en ambitie, … maar gewoonweg geen talent. Ik zie tot de dag van vandaag veel mensen in de paarden-business bezig, die gewoon geen talent hebben om goed te kunnen paardrijden én bovendien geen talent hebben om handelaar in paarden te zijn. Dan moet je oppassen want dan wordt het een lastige business-case. Ik had heel snel gezien dat sport niet aan mij besteed was. Ik was én niet getalenteerd én ik was nog bang om te springen ook. Maar qua passie en ambitie is er in Nederland nooit een ruiter geweest beter deed dan ik (knipoog). Ik zal bijvoorbeeld ook nooit meer zelf opstappen op een paard. Dat kunnen andere mensen beter. Ik heb een groot bedrijf te runnen. Mensen verwachten van mij dat ik er voor hen ben. Dan kan ik het niet maken dat ik op maandag niet op het bedrijf kom omdat ik toevallig van een paard ben gevallen en mijn schouder heb gebroken. Ik probeer heel erg op mijn gezondheid en mijn conditie te letten. Ook nu met Corona ben ik heel voorzichtig. Niet zozeer voor mezelf maar voor mijn bedrijf en mijn mensen.”

Audi Team

“Toen ik in 1995 met eerste sponsoring in de paardensport begon was dat met Eric Willemsz Geeroms. Mijn eerste Audiruiter. Kwalitatief was Eric een heel goeie ruiter. Mijn paarden stonden er van 1992 tot 1998. Toen Eric zich uiteindelijk meer op de begeleiding van zijn klanten wilde gaan toeleggen mistte ik de ambitie die ik zo belangrijk vind bij mezelf maar ook bij andere mensen. Kort daarna is Eric van der Vleuten in beeld gekomen. Eén van mijn allerbeste vrienden. Fantastische ruiter. Fantastische manager. Ook zijn zoon Maikel doet het geweldig. Hoe Eric van der Vleuten al heel zijn leven omgaat met sponsoren, is voor mij een voorbeeld. Altijd met passie, ambitie … en (!) heel belangrijk, met correct zaken doen. Een fantastisch uithangbord voor de Audi-groep. Eric en ik, wij matchen met elkaar. Ook vandaag nog. Er gaat geen week voorbij of wij hebben één of twee keer contact.”

Sprang Capelle

“Op een gegeven moment wilde ik graag iets voor mezelf. Ik had altijd zes a zeven paarden staan bij Eric staan, via een sponsorovereenkomst. Tijdens de samenwerking met Eric van der Vleuten had ik thuis een aantal jonge paarden. Eind 2000 heb ik aan de andere kant van mijn dorp SprangCapelle, manege ‘stal de Nedervenen’ gekocht. Tot 2005 werden daar de jonge paarden opgeleid. Daar werden ook de eerste internationale succesjes onder een eigen stalruiter geboekt. De Zweedse ruiter Henrik Ancarcrona, nog altijd een goede vriend van mij en ondertussen bondscoach van Zweden. Die is als ‘jong mannetje’ bij mij aangekomen en daar heb ik acht jaar heel plezierig mee samen gewerkt. Dat liep ook deels dubbel met Eric. In die periode begon ook Maikel te rijden en kwam ook Emile Hendrix bij het team. Dat was een hele mooie en fijne periode.”

Margaretha Hoeve

“In 2005 kon ik deze accommodatie van de familie Van der Vorm kopen. Het plan bestond er toen in om goede veulens te fokken uit merries die zelf goed gepresteerd hadden in de sport enerzijds, en het bijkopen van goede jonge paarden anderzijds. We hebben niet veel moeten bouwen, maar wel veel gerenoveerd. En omgebouwd naar ‘sport’ want de Margaretha Hoeve was toch vooral op fokkerij georiënteerd. Van fokkerij, naar fokkerij én sportstal. Als je begint met fokken dan krijg je vrij snel een groot aantal paarden bij elkaar. 175 … 200 … Je kan ze natuurlijk niet allemaal houden. Dit is geen museum! Dat kan je misschien met auto’s, maar met paarden lukt dat niet. Uiteraard worden er dus regelmatig paarden verkocht. Vijftig per jaar. Dat is het streefdoel. Naar plaatsen overal in de wereld.”

Prioriteit

“Auto’s blijven prioriteit nummer één! (overtuigd) Als mensen aan me vragen of ik kan kiezen tussen paarden of auto’s, dan kies ik voor de auto’s. Daar schrikken ze van. Ze denken paarden, maar dat is écht niet zo. Ik zou er mijn dagtaak niet van kunnen maken. Misschien als ik 65 ben, dan wordt alles enigszins relaxter. Maar als ik vandaag moet kiezen dan kies ik altijd voor auto’s. De passie van de business is iets wat mij heel erg aanspreekt. Ik beschouw de paarden toch meer als hobby. Het is business doen om de hobby een stuk te dekken. Zo succesvol het autobedrijf, … dan is het toch een pak minder winstgevend bij de paarden (glimlach). Maar dat is ook helemaal niet de bedoeling. Onze stal goed draaiende houden, lukt ons wel. Maar het is niet zo dat we hier bakken met geld verdienen. Ik heb overigens heel veel respect voor mensen die dat wel kunnen. Mensen zoals Axel Verlooy of Stephan Conter waar de verkoop van paarden wel het businessmodel bepaald en de stal winstgevend moet houden.”

Cees van de Oetelaar

“We hebben in het verleden oude paarden gekocht. Jonge paarden gekocht … Daar zijn we ver mee gekomen en succesvol geweest. Met ruiters als Eric en Maikel Van der Vleuten, Vincent Voorn en Kim Emmen hebben we altijd in de top meegereden. Maar op een gegeven ogenblik zijn we toch meer in de fokkerij terecht gekomen. Een hele goeie vriend van mij is Cees Van den Oetelaar. Misschien de meest onderschatte paardenman van Nederland. Je hebt heel veel mensen met paarden maar je hebt maar heel weinig mensen met kennis van paarden. Cees is zo’n man. Cees en Eric Van der Vleuten zet ik bovenaan mijn lijstje. Cees heeft me daar heel goed bij geholpen. We hebben samen een weg uitgestippeld, we hebben veel paarden samen. Veel veulentjes, veel jaarlingen en tweejarigen. (nvdr.: Net op dat moment belt Cees – enthousiast – over een twintigtal jonge paarden die ze gisteren samen hebben laten vrijspringen). Cees heef ook die passie. Hij is heel belangrijk in ons verhaal en in het team. We kopen af en toe nog wel is een ervaren paard aan maar de hoofdzaak is veulens, jonge paarden zelf opleiden en heel streng selecteren. Er zijn jaren geweest dat we zeventig tot tachtig veulens hadden … Daar komen dan hopelijk twee tot drie echt hele goeie paarden uit. We hebben dit jaar een heel strenge selectie gedaan en daar zitten echt wel een paar hele goede paarden bij voor de toekomst. De drie beste paarden die Rodrigo Almeida, onze Portugese ruiter die sinds begin dit jaar voor ons rijdt, onder het zadel heeft zijn eigen fok ofwel heel jong aangekocht.”

Gezondheid

“Als ik selecteer kijk ik naar gezondheid. Aan een ongezond paard, heeft niemand wat! Dat breekt altijd op. Ik vind dat een paard goed in het model moet staan. Een paard dat altijd onnatuurlijk moet springen omwille van zijn of haar bouw, zal het later waarschijnlijk ook niet worden. Karakter en instelling vind ik steeds belangrijker worden. Dat durft wel eens te ontbreken. Wij hadden hier Audi’s Wizzard, één van de potentieel allerbeste springpaarden van de wereld. Maar ik heb nooit een paard gehad met zo’n slecht karakter. Hij wilde gewoon niet genoeg … Vincent, Ivo en Ruben Romp hebben ongelooflijk hard hun best op gedaan om er iets van te maken. Helaas … hij wilden niet die extra inspanning doen.”

Dertig jaar

“Delvaux (v. Chacco Blue) is op dit moment ons beste paard. Hij lijkt wel een mens. Die is zo intelligent! Audi's Alpapillion Armani met Vincent Voorn was een fantastisch springpaard. Audi’s Jikke was geweldig. … We hebben er gelukkig veel gehad. Na dertig jaar mag dat ook wel … (peinzend) anders zouden we niet goed bezig zijn? Een van de mooiste momenten was het EK-goud met het Nederlandse team in Mannheim waar Vincent met Audi's Alpapillion Armani een dubbele nulronde sprong en echt een bijdrage leverde aan de teamprestatie. Ik vind elke GP winnen een geweldige prestatie. Of in een GP bij de beste tien zijn is eigenlijk al een fantastisch moment. Dat geeft mij voldoening. Maar evengoed de jonge paarden laten vrij springen zoals gisterenavond met Cees. Of zien hoe gepassioneerd hoe ruiters Rodrigo en Charles (nvdr.: Berron) met hun paarden aan de slag gaan. De ambitie die er vanaf straalt. De vooruitgang bij een jong paard zien. De manier waarop Patricia hier met heel haar hart de stal managet. Onbetaalbaar. De passie voor de paarden bij Cees, de vriendschappen, de drive van het team … dat maakt me gelukkig. Daarom kom ik graag op zaterdag tussen negen en elf naar Dinteloord en de Margaretha Hoeve.”

Mensen

“Als je eigenlijk alles bij elkaar optelt dan kom ik er bij dat ik heel graag met mensen werk. Mensen met ambitie. Ben ik al met mijn 4300 medewerkers, vrienden? Nee dat niet. Maar wel 4000 van hen. Dat vind ik een mooi getal. (trots). Daar ben ik blij om. We hebben een prachtig team. Zowel bij de Automotive-groep als hier bij de paarden. Ik heb wel de ervaring dat ik soms met die 4300 mensen bij de auto’s minder moeite heb dan met die zestien mensen die voor de paarden werken. Het is wel een speciaal ras. (knipoog).”

Meer verhalen lezen uit Puissance? Klik hier!

Bron: 
Puissance - Kris Van Steen